zaterdag 19 maart 2011

De tuinman

Er was eens een tuin waar mooie struiken, bloeiende planten en fruitbomen stonden. Op een keer was er een koude lente met vernietigende nachtvorsten, waardoor schade ontstond aan sommige bloesem en blaadjes. Niet elke boom vormde vruchten, en sommige struiken stonden er lelijk bij met het beschadigde blad. Een aantal planten zouden weer herstellen, maar sommige planten konden dit niet aan en gingen dood.
De tuinman maakte vervolgens keuzes die niet altijd goed uitpakten. Zo had hij een plant die er door de nachtvorst maar armoedig en kaal bij stond. Hij besloot die tijdelijk te camoufleren door er een goedkope plant voor te planten die hij later weer kon weg halen, maar de tuinman kon niet weten dat die plant verschrikkelijk zou gaan woekeren en niet meer uit de tuin te verwijderen was. Ook plantte hij nieuwe bomen en planten omdat hij niet wist dat de meeste getroffen bomen en planten zich uiteindelijk vanzelf wel weer zouden herstellen.
De seizoenen kwamen en gingen. De bevroren struiken kwamen weer goed terug, maar de nieuwe plant overwoekerden die al snel en de tuinman moest echt uit alle macht ingrijpen om erger te voorkomen. Een aantal nieuwe fruitbomen deden het maar matig, omdat ze moeilijk tegen de winterkou konden en ‘s zomers meer zon en warmte vroegen dan ons klimaat kon leveren. Ook bleken sommige nieuwe planten in de praktijk niet de mooie bloemen te geven die de leverancier had beloofd en bleken andere planten weer favoriet voedsel voor ongedierte.
Na een paar jaar was de tuinman de wanhoop nabij. Zijn prachtige rozen waren verpieterd door de schaduw van sommige bomen die hoger waren geworden dan de bedoeling was. Het snelgroeiende plantje had al een boel planten laten  verstikken. Niet omdat het slechte bomen en planten waren, want in andere tuinen gaven ze geen problemen, maar dat waren grote tuinen waar ze de ruimte hadden, en de tuinman had maar een klein stukje grond. 
En die dure citrusbomen die, zo had de tuinman gehoord, in de winter vruchten gaven, waren al binnen een jaar dode staken. Niet omdat het slechte bomen waren, maar omdat ze een heel ander klimaat nodig hadden.
Omdat de tuinman alleen maar bezig was met het verwijderen van het onkruid en de dode bomen en het vergeefs reanimeren van de rozen omdat de snelgroeiende boom het telkens weer won van de snoeizaag, verloor hij het plezier in de tuin. Als hij eindelijk dat woekerplantje een beetje onder controle leek te hebben, stak het kweekgras door zijn grindpaadje. Als hij dat had verwijderd, was het woekerplantje weer terug. En ondertussen kwijnden de rozen weg onder de hardgroeiende boom, verrotten de bessen aan de struiken omdat de tuinman geen tijd had om te plukken en vielen de rijpe appels op de grond, waar ze alleen nog maar geschikt waren voor de vogels.
En toen kwam die zomer. Een zomer met verschroeiende hittegolven en vernietigende stortbuien. De bliksem sloeg in zijn schuurtje, grote hagelstenen sloegen het nog aanwezige fruit van de bomen en tijdens de hittegolven werden zelfs de woekerende nieuwe planten werden bruin en dor, terwijl die wel ondergronds verder wortelden. De tuinman wist het niet meer en overwoog huilend van machteloze frustratie die stomme rottuin maar te verkopen en te verhuizen naar tien hoog of zo, hoewel hij met zijn laatste restje verstand wist dat hij daar ook niet gelukkig zou zijn.
Toen hij op een mistroostige septemberdag zo huilend tussen de puinhopen zat, zijn lijf vol wonden en littekens van het harde werk, kreeg hij ongevraagd bezoek van de buren die zijn werklust altijd hadden bewonderd en zich al jaren afvroegen hoe lang de tuinman het zinloze gevecht nog wilde volhouden. De tuinman had eerdere hulp altijd lachend afgeslagen: ik red het wel! Hoogstens leende hij eens een steviger zaag om de groeiende boom wat in te snoeien. Nu het mis was gegaan konden de buren het niet langer aanzien. Ze hadden een plan…
Om te beginnen werd de tuin stevig aangepakt. Een sterke buurman zaagde alle snelgroeiende bomen om en liet de wortel eruit trekken door een kennis met een zware tractor. Een handige buurman haalde het overwoekerde grindpad eruit en verving dat door worteldoek en solide tegels. Een aantal buurvrouwen gingen op hun knieën zoveel mogelijk woekerplant verwijderen, daarvoor moesten ze heel diep graven en soms moest er zelfs een beetje zeer giftig spul aan te pas komen.
De buurman zag met pijn in zijn hart hoe zijn tuin veranderde in een nagenoeg kale vlakte. Alleen enkele bessen, een roos die het overleefd had, een hortensia en een appelboom bleven staan. De rest werd verwijderd door de buren. Zachte heelmeesters zouden stinkende wonden maken, wist de tuinman. Zelf boekte hij een vakantie naar een relaxed resort, waar hij intensief leerde dat je sinaasappelboompjes echt niet in leven houdt in een Hollands klimaat, dat sommige planten die je in het tuincentrum koopt zich kunnen ontpoppen in onuitroeibare woekeraars en dat de gevolgen van vorstschade niet blijvend hoeven te zijn.
Toen hij weer terugkwam was het weer lente. Het vorstgevoelige blad van de hortensia was al aan het uitkomen, maar de tuinman wist dat de plant zelf het wel zou overleven als er een late vorst zou komen. De roos was diep ingesnoeid, maar de tuinman had geleerd dat die wel weer uitliep, mits er genoeg licht en lucht was. En de appel toonde al de bekende witroze bloemetjes, als teken van hoop. Of hij geleerd had van zijn ervaringen, zou de toekomst moeten leren. Het zal best nog wel eens gebeuren dat er een plant wordt geplant die niet goed is voor de tuin. Maar de kans daarop is stukken kleiner geworden nu de tuinman meer kennis had gekregen. Kennis die voor anderen misschien vanzelfsprekend was, maar die hij tot voor kort niet had en dus ook niet kon toepassen. Zijn kracht, die hij al jaren had laten zien door te vechten in een strijd die hij niet kón winnen, kon hij nu toepassen voor leuke dingen.
En al was zijn tuintje niet zo groot als de tuinen van de buren, waardoor hij beperkt was in het uitvoeren van zijn plannen, hij had nu wel geleerd hoe hij die kleine ruimte het best kon benutten en ook, dat de meeste planten eventuele schade vaak wel aan konden.
En ook, dat het echt geen kwaad kan om zo af en toe te bekennen dat je er niet uit komt en hulp nodig hebt, ook al zijn er ook mensen die menen dat een tuinman in staat moet zijn zijn eigen tuintje te verzorgen. Die mensen weten niet beter!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten