dinsdag 31 maart 2009

Beste Beatrijs

(geschreven n.a.v. een topic op een forum)

"Beste Beatrijs,
Ik heb een meningsverschil met de mensen die recentelijk op mijn verjaardag zijn geweest. Zij waren namelijk absoluut niet te spreken over het eten dat ik hen voorschotelde.

Ik ben een drukbezette vrouw met een carrière en een gezin, maar ik heb toch de moeite genomen er wat van te maken. Dus heb ik een compromis gezocht tussen een goede maaltijd en tijdbesparing. In de praktijk betekent dat: blikken soep, maar wel met zelfgedraaide balletjes erin plus een toefje peterselie uit eigen tuin, een zak opbakbroodjes van de supermarkt, een kaasplankje, een quiche uit het koelvak, wat salades en chipjes.
Nou, Beatrijs, ik heb het geweten! Toen ik de soep serveerde, werd er meteen al gezegd: "Dát heb je snel gedaan..." Niet als een compliment, maar als een verwijt. De warme broodjes werden na één hap misprijzend opzij gelegd, de salade deugde niet en over de kaas zal ik maar helemaal zwijgen...

  Toen mijn schoonzuster de nog bijna volle kommen en borden terug naar de keuken bracht, viel haar oog op de lege soepblikken die ik op het aanrecht had laten staan. Ik verwachtte een preek omdat mijn afval nog niet was weggegooid, maar nee, ik kreeg een schrobbering omdat ik het léf had gehad om hen sóep uit blík voor te schotelen! Was het nog Unox geweest, van die dure, dan was het tot dáár aan toe, maar die goedkope van de Euroshopper, hoe dúrfde ik!

  Idem dito voor de broodjes, de kaasjes, het toefje peterselie ("daar hebben vast alle buurtkatten overheen gesproeid!"), niets was goed. Mijn schoonzus is op hoge poten naar de woonkamer teruggegaan en heeft daar haar verontwaardiging gedeeld met de andere gasten.

  Om een lang verhaal kort te maken: ik had op zijn minst een bezoek moeten brengen aan de traîteur (voor de pâté de foie gras d'oie), de ambachtelijke slager (voor soepballetjes van het Kobe-rund) en de warme bakker (voor stokbrood dat speciaal die ochtend per privéjet uit de Provence was aangevoerd); de enige reden waarom ik de supermarkt had mogen bezoeken was voor het kopen van ingrediënten voor de eigengebakken hartige zalmtaart (het exclusieve recept van Rick Stein himself), fruit voor de fruitsalade (of nee, dat kopen we natuurlijk bij de Turk, voor het politiek correcte effect) en scharreleimayonaise als basis voor de salades.

In nog geen half uur was de kamer leeg. De flessen Canei (uit de bonus), Spa Rood en Zwarte Kip Advocaat (voor moeder... met handgeklopte slagroom nota bene!) stonden nog onaangebroken in de koelkast, net als de taart (zelf gebakken, dat dan weer wel).
Lieve Beatrijs, ik kan toch niet drie dagen vrij aanvragen om mijn visite van driesterrenrestaurantvoedsel te kunnen voorzien? Ik kan me dat financieel ook niet permitteren, die traîteur vraagt 24,95 voor een simpel bakje groente- of kippensoep van 500 ml! Om over dat Koberundergehakt maar te zwijgen...

  Moet ik nu diep door het stof gaan en het weer goed maken met een etentje bij De Librije of Oud Sluis? Mijn familie wil me niet meer spreken tot ik mijn fout heb erkend. Graag uw mening hierover!

Met vriendelijke groet, Pauperbuffet"


(bron Boerenbruiloft van Brueghel: http://www.jim3dlong.com)

dinsdag 10 maart 2009

Vijf dagen in Parijs - 5

De laatste dag in Parijs... Hoe lang zou het duren voor we elkaar weer zouden zien? We besloten deze laatste dag tot de laatste minuut goed te gebruiken.

Vandaag hebben we alles opgeruimd en schoongemaakt, zodat de volgende huurders weer in een net appartement terecht kwamen. Ik mocht de auto weer even bij het tankstationnetje neerzetten. De sleutels gingen terug in de brievenbus, en daar gingen we... Maar nog niet naar huis! Helaas had Chiel er geen zin in (de GPS wilde niet aanslaan), maar ik kende de weg redelijk en zonder problemen reed ik door het chaotische maar niet te drukke verkeer naar de Place de la Madeleine. Daar besloten we toch nog even door te rijden. Misschien naar de Marais of Montparnasse. De Seine over. Ik kwam op de Blvd St.Germain terecht en deed wat rondjes. Chiel zweeg nog steeds in alle talen en om verdwalen te voorkomen besloot ik terug naar de Seine te gaan, waar ik meer bekend was. Daar ontdekte ik de aanwijzing voor een parkeergarage onder het Louvre. Die bleek goedkoper te zijn dan die van de Place de la Madeleine (ik bedoel... Drie euro per uur, dat is voor downtown Parijs niet eens gek!). Er bleek ongelooflijk veel ruimte te zijn en ik parkeerde probleemloos vlakbij de uitgang naar de Rue Rivoli.

Het was helaas geen al te mooi weer, met soms pittige buien, maar we hebben toch heerlijk gewandeld (en zelfs zonder spierpijn en Ibuprofen deze keer) over de Tuilerien en de Place de la Concorde. Er was een klein winkeltje met allerlei tuinboeken. Ooit wil ik hier nog eens terugkomen, maar dan in de zomer! Daarna gingen we flaneren over de Rue de Rivoli, nog wat souvenirtjes kopen (ofwel: alsnog gezwicht voor de driedimentionale koelkastmagneten en een mok), lunchen (9 euro voor een halve liter Heineken of Affligem... Halló! Gelukkig was het water gratis) en toen was het alweer tegen vieren... Tijd voor het onvermijdelijke.

Ik had een overmoedige bui en besloot over de Champs Elysées en langs de Arc de Triomphe naar de Périferique te rijden. Het was inderdaad een heksenketel, vooral de Rue de Rivoli en Place de Charles de Gaulle (van de Arc) omdat daar geen wegbelijning is. Chiel was inmiddels alsnog wakker geworden en ging helemaal mee met mijn voorstel over de C.E. te rijden. Het was, net als op de heenweg: geconcentreerd rijden en niet bang zijn (ik heb wel eens gehoord dat deuken en krassen respect afdwingen: die gaat niet opzij... Mijn Polo heeft beide!). Het was een enorme kick om daar te rijden (en waarschijnlijk gekkenwerk: er was geen buitenlander te zien!). Links en rechts schoten motorrijders om me heen, dat was nog het engst. Die waren er opééns...!

Tot mijn verrassing reed het daar best wel door. Wel langzaam, veel stoplichten, maar geen files. Die kregen we vlak voor de Périferique bij de Porte de la Maillot. Toch viel het uiteindelijk met de vertraging wel mee. Chiel leidde ons keurig over de Périferique naar Charles de Gaulle, waar we veel te vroeg aankwamen (ik had rekening gehouden met de spits). Met frisse tegenzin hebben we afscheid van elkaar genomen. Daarna ging ik weer alleen verder, naar huis, waar ik even voor één uur 's nachts aankwam.

maandag 9 maart 2009

Vijf dagen in Parijs - 4

Vandaag ontmoeten we beroemde mensen, maar het was wel een dooie boel... Op die ene man na! Daarna snuffelen we aan de lifestyle of the rich and famous...

Maandag 9 maart. Hoewel de vorige avond redelijk alcoholisch was afgelopen, waren we toch fit genoeg om naar Père Lachaise te gaan. Ook nu was de kaart in de Moleskine weer een geweldige hulp om de route te plannen! We kosten bij de metro-uitgang een plattegrond en het duizelde ons van de namen die er op stonden. We wilden zoveel zien...! De paden toonden niet bepaald een rechte route (integendeel) en het ging ook nog eens scherp heuvelop... Maar we maakten een plan en gingen op pad.
We vonden Frederik Chopin, Peugeot, en na wat zoeken het afgeschermde graf van Jim Morrison, waar meerdere mensen bij elkaar waren. Sommigen zongen "Light My Fire", iemand maakte een schets, er werd druk gefotografeerd. Bijna veertig jaar na zijn dood is hij nog steeds een legende...


Daarna gingen we op zoek naar Sarah Bernhardt. We werden aangesproken door een alternatief type van onze leeftijd. Een gids, wisten we meteen, die na afloop zijn hand zou gaan ophouden. Maar al heel snel bleek hij bijzonder veel te weten en we besloten ervoor te gaan. Als het niks zou worden, zouden we met de neus in de lucht weglopen, en anders kon hij een fooi verdienen. We voelden ons veilig, overal liepen mensen. De man stelde zich voor als Raphael en via "shortcuts" liepen we tussen de graven door naar de interessantste plekken van de begraafplaats. Edith Piaf, Gilbert Bécaud, Karel Appel, Lalique, Yves Montand/Simone Signoret, Sarah Bernhardt, la Fontaine/Molière, het simpele graf van Bugatti... Heel bijzonder waren de graven van Oscar Wilde (vol lipstickzoentjes), Bugatti (alleen een oersimpele steen met zijn naam, verder niets) en iemand met de naam Victor Noir.

Dat was een 19e eeuwse journalist en playboy die op vrij jonge leeftijd werd neergeschoten. Op zijn graf werd een bronzen beeld geplaatst van zijn lijk, inclusief de hoed die naast hem lag, en een enorme ehm... Laten we het maar op een soort rigor mortis houden. Die schijnt twee dagen te hebben aangehouden en veel indruk te hebben gemaakt. Zoveel indruk, dat het nog steeds te zien is! De traditie is dat dames het beeld van Noir aan moeten raken: bij de mond voor een hartstochtelijke kus, bij de ehm, zeg maar, rigor mortis, voor een goed seksleven, bij de linkervoet voor één kind en bij de rechtervoet voor twee kinderen. En nee, ik zeg niet wat wij hebben gedaan...!

Raphael kreeg na afloop zijn welverdiende fooi. Zoals verwacht vond hij het veel te weinig, maar wij staken de neus in de lucht en liepen nuffig weg. It's all part of the game...!
Na het bezoek aan deze bijzondere begraafplaats gingen we lunchen bij de gelijknamige brasserie. Salade met zalm. De sfeer was enigszins weemoedig. Niet vanwege al die beroemde doden, maar omdat we ons steeds meer realiseerden dat het morgen de laatste dag was, en het kon wel eens erg lang duren eer we elkaar weer zouden zien... We wilden echt alles uit de resterende tijd halen. Ik stelde voor de metro naar de Place de la Madeleine te nemen vanwege de extreem luxe delicatessenwinkeltjes, en dan door te lopen naar Galerie Lafayette vanwege de prachtige dakkoepel. We hebben ons vergaapt aan de lekkernijen van Fauchon (een doosje geconfijt fruit 45+ euro... Hoeveel zou een geconfijte hele ananas doen...?), de prijzen van pâté de foie gras d'oie, truffels en kaviaar... En, heel ironisch, naast Fauchon zat een bedelares met haar papieren bekertje. Ik kan er maar niet aan wennen...

Op de Place de la Madeleine vonden we ook een parkeergarage...! Omdat we de volgende dag om 12 uur zowel appartement als garage moesten verlaten, maar Liz' vliegtuig pas 's avonds om vijf voor negen vertrok, kreeg ik een idee: we vertrokken de volgende dag zo vroeg mogelijk, ik parkeerde de auto in de garage (in een sedan zie je toch geen bagage liggen) en we gingen tot het eind van de middag mooi nog een dagje pierewaaien! Het parkeergeld was wel van Amsterdams niveau, maar hey, zo vaak komen we niet in Parijs toch? Misschien zouden we dan alsnog naar het Musée d'Orday kunnen!

Na het decadente plein liepen we naar de Blvd Haussmann. Ik was daar vorig jaar al geweest en het lukte me vrij goed de weg weer te vinden, en de juiste ingang van de Galerie Lafayette, een poepchique warenhuis met de beroemde Jugendstil koepel. De begane grond is één en al dure parfum, en als je daar doorheen loopt, zie je opeens die koepel, die zich niet goed laat fotograferen. Je moet hem in het echt hebben gezien!
 Liz wilde voor een huisgenoot een dingetje kopen van het merk Agnes B (wie...?!?) en na wat zoeken hadden we dat gevonden, maar omdat ik de afgelopen dagen best zuinig was geweest, wilde ik mezelf in een vlaag van decadentie belonen met een flesje Chanel no.5. Het werd keurig ingepakt en we kregen nog wat monstertjes mee. Ohhh, wat voelde ik me een dáme met mijn kokette Chanel-tasje!!! Toen Liz haar dingetje voor haar huisgenoot had gekocht, voelden we ons echt helemaal Absolutely Fabulous, noemden elkaar Patsy en Edwina en spraken we elkaar aan met "Darling" :) :) :)

Ook de goedkope Chinees (tja, contrast moet er zijn) van vorig jaar wist ik makkelijk terug te vinden. Het was ook nu weer moeilijk kiezen: voorgerechtjes, hoofdgerecht met vlees, nagerecht en drinken, voor nog geen 8 euro...! Daarna namen we de metro naar het appartement en begonnen vast met inpakken en opruimen, zodat we de volgende dag meer tijd zouden hebben. We besloten de dag met een pastis van de Lidl en een verhaal in het gastenboek.

zondag 8 maart 2009

Vijf dagen in Parijs - 3

Onze derde dag in Parijs stond in het teken van kunst en cultuur. De dag eindigde hoogstaand, maar dan letterlijk, en 's avonds kregen we er nog een onverwacht cultureel extraatje bij...!

Zondag, 8 maart. Het Louvre wachtte op ons. Omdat dat zo'n groot museum is dat dat niet in één dag te doen is, heb ik in overleg met Liz een route bedacht (ik had nog een plattegrond): Griekse, Romeinse en Egyptische oudheid (helaas waren de Etruskische dingen tijdelijk niet te zien), grote Franse schilderijen, Italiaanse schilderijen (incl. Mona Lisa), en dan zouden we wel zo'n beetje dood zijn, wist ik uit ervaring (en ik kreeg gelijk). Vooral de grote Franse schilderijen zijn indrukwekkend. Géricault, Delacroix, de kroning van Napoleon (inclusief het Pieta van de Notre Dame, ontdekten we)...

Maar na enkele uren werd je echt een beetje schilderij-moe. Zoveel indrukken, zoveel stijlen... We verlieten het museum en gingen met de Metro naar de Eiffeltoren. Tot het laatste moment wisten we niet of we wel of niet omhoog zouden gaan, en tot hoe hoog. Eenmaal onder die toren hakten we de knoop door: we gáán, en helemaal omhóóg!

 De lift was open en het was best slikken... Op de tweede etage moesten we overstappen naar de andere lift. Het was open, maar de wind viel mee, en het was goed afgeschermd met hekwerk, waardoor ik me niet al te oncomfortabel voelde. Na een rondje foto's gingen we in de rij staan voor de lift naar de derde etage. Ik kneep hem behoorlijk toen ik de toren steeds smaller zag worden: hoe zou het helemaal bovenin zijn...? Ik zei dat ik mogelijk direct weer terug naar beneden zou gaan. Maar eenmaal boven viel het enorm mee. Ik voelde me er saver dan op de tweede etage. Alles was afgesloten, er was geen hek maar een raam. En het uitzicht... Wauw!!! (zie je de schaduw op de foto?)


 Toen we weer naar beneden gingen, was de zon net aan het ondergaan en toen we van de Eiffeltoren wegliepen, sprong net de verlichting aan, inclusief een korte lichtshow met knipperlichtjes. Adembenemend! Minder leuk waren de enorme aantallen opdringerige verkopers. Sleutelhanger-Eifeltorentjes, of glazen torens op een LED-lichtplateautje, ze sloegen ons er bijna mee in het gezicht. Die op het plein van de Eifeltoren begonnen opeens allemaal tegelijk weg te rennen. Eifeltorenverkopersrazzia? Geen idee... Overigens hadden we die überkitscherige glazen Eifeltoren met lampjes al een dag eerder aangeschaft bij een minder opdringerige (zelfs sympathieke) verkoper in de voetgangerstunnel van de Arc de Triomphe...

's Avonds gingen we eten bij de Thai/Chinees aan de overkant. Daar werden we bediend door een Cambodjaan die zich helemaal op mij richtte en Liz volledig negeerde (ze kreeg gelukkig wel haar eten). Daar zullen we nog lang lol over hebben: Marijke had sjans met een Cambodjaan! We bestelden een soort dimsum, mihoen en resp. gamba's en jacobsschelpen. Na afloop namen we, om het te proberen, een Chinese borrel: rijstbrandy met rozensmaak. Het werd geserveerd in een porceleinen minikommetje met in de bodem een glazen knikker. De foto is wat vaag, maar ik ben nog niet in het bezit van een supergeavanceerde camera die zelfs onder de moeilijkste omstandigheden haarscherpe foto's kan maken...


Zolang de drank er nog in zat, zag je een erotisch bedoelde foto van een naakte man.

Toen we het shot hadden weggewerkt (lekker, maar supersterk, >50%) was het plaatje niet meer te zien.


Vervolgens presenteerde de Cambodjaan ons gratis een tweede shot. Hij vertelde dat de glaasjes te koop waren in de wijk Belleville (daar zouden we de volgende dag heen gaan vanwege Père Lachaise) en schreef de naam van de drank en het adres in mijn Moleskine. Opnieuw werd Liz volledig genegeerd (al kreeg ze wel haar borrel).
Niet helemaal nuchter liepen we terug naar ons appartement...

zaterdag 7 maart 2009

Vijf dagen in Parijs - 2

Zaterdag 7 maart, onze tweede dag in Parijs. 's Avonds hadden we een reservering in de Moulin Rouge, overdag gingen we Parijs verder ontdekken.

De volgende dag haalde Liz brood bij de bakker aan de overkant. Er wachtte weer een mooie dag op ons!
Na het ontbijt liepen we naar de metro Guy Moquet vlakbij. Dankzij mijn Moleskine City, versie Parijs, die me vorig jaar al zoveel plezier heeft gegeven, vonden we de goede metroverbindingen. Maar het station waar ik wilde overstappen bleek gesloten vanwege werkzaamheden. Pas toen begreep ik was de speaker telkens zei... Tja, die was zowel in Frans als in Engels onverstaanbaar... Gelukkig was de volgende halte niet uit de route.

Die metro's zijn echte stressdingen. Ze brengen je razendsnel en spotgoedkoop (1,40 voor een kaartje dat geldig is tot je een metrostation verlaat) naar alle plaatsen, maar zitplaatsen zijn zeldzaam en soms sta je echt als sardientjes in blik tegen elkaar op geperst (en het zijn zelden de mooie mannen waar je tegenaan gedrukt wordt...). Je moet dan ook enorm alert zijn op zakkenrollers. Verder is in- en uitstappen ook iets dat snel moet gebeuren, voor je het weet klinkt het vertreksignaal weer. Overigens namen we een keer de verkeerde metro (hij splitste halverwege en natuurlijk zaten wij net in de verkeerde) en toen we tegen elkaar zeiden waar we eruit moesten, waren er meteen zo'n vier, vijf mensen die zich met ons bemoeiden en ons wezen op onze fout.

Ons doel voor deze dag was, om te beginnen, Pont Neuf (ook vanwege de opnames van The Ninth Gate, die daar gemaakt zijn) en de Notre Dame. Halverwege werden we ernstig opgehouden door de souvenirshops, waar ze werkelijk geweldige hoedjes verkochten, en natuurlijk de oerfranse baret. Maar uiteindelijk bereikten we de oude kerk, via een plein waar een aantal bedelvrouwen opnieuw bijzonder opdringerig waren...

De Notre Dame is een mooie, indrukwekkende kerk, maar komt wel toeristischer over dan de Sacre Coeur. De schatkamer is echt bijzonder, als je tenminste niet huiverig bent van de aanblik van monstransen waarin stukken van heiligen zitten. De rijkdom van al het goud, zilver en edelstenen is enorm, en we hebben nog even gemijmerd over het feit dat we ons tegenwoordig zorgen maken over geweld op tv en de computer, maar dat niemand vroeger moeilijk deed over de heftige crucifixen (er zaten echt heel akelige tussen).
Helaas konden we niet dichtbij de Pieta komen.

Na de Notre Dame brak de zon door, waardoor we enkele foto's konden nemen. Vervolgens liepen we naar de boekenstalletjes. Oh, dat was kwijlen! Oude boeken, maar ook affiches, kaarten, kortom de gebruikelijke souvenirspullen. Ook van alles van helden als Che Guevara, Bob Marley en Jim Morrison, maar ook Kurt Cobain. We kwamen ogen tekort!

Omdat we 's avonds naar de Moulin Rouge zouden gaan, zaten we aan onze tijd vast. Daardoor schoot Musée d'Orsay erbij in. Een moeilijke keuze, dat wel... Maar Parijs is te groot en onze vakantie te kort... Via de Pont Neuf liepen we naar de Rue Rivoli en namen daar de metro naar halverwege de Champs Elysées. Daar bezochten we de Rue du Marboeuf. Man(dala) Ray, de club waarvan Johnny Depp eigenaar was, bestond inmiddels niet meer, en alle sporen waren uitgewist. We wisten het precieze adres, maar zelfs met die wetenschap was er niets meer terug te vinden. Voor de deur lag een clochard te slapen. De portier...? :) Verder vond ik een ontzettend chique winkel waar ze merk-vulpennen verkochten. Ik heb daar met succes mijn verzameling andersgekleurde vulpenvullingen uit kunnen breiden (o.a. bordeauxrode Mont Blanc inkt, geweldig!).

Via de Champs Elysées met de posh winkels en de klinkende namen liepen we omhoog naar de Arc de Triomphe. Het blijft indrukwekkend, met de enorme beeldhouwwerken en het graf van de Onbekende Soldaat, die in de Eerste Wereldoorlog was omgekomen en daar in 1920 werd begraven. De vlam brandt sinds 1923. Het uitzicht over de Champs Elysées was prachtig! Vanaf de AdT namen we de metro terug naar ons appartementje, waar we ons opmaakten voor diner en show in de Moulin Rouge.
Helaas mochten we niet fotograferen in de Moulin Rouge (er liep wel een fotografe rond).

Het is en blijft een indrukwekkende gebeurtenis! Alleen was het jammer dat je ook met reservering in een ellenlange rij moest staan. Maar eenmaal binnen was dat gauw vergeten. Het was een flink theater met tafeltjes en wij zaten echt he-le-maal vooraan, in de "hoek" van het T-vormige podium (al was de "poot" van de T nog verborgen). De mensen die vooraan zaten gingen wat dansen en swingen op de muziek van het orkest (met geweldige zangeres). Wow... Wij hebben GEDANST in de Moulin Rouge!

Ons diner werd geserveerd. Ik had slakken in anijsboter, forel met prei en bladerdeeg met vanille toe. Er was zalmforel en de millefeuille was een tompoes...! :) Maar de champagne (1/2 fles p.p.) en de Chablis smaakte uitstekend, en het eten ook.

Daarna begon de show. Omdat we echt helemaal vooraan zaten, zagen we meer details in plaats van het geheel, maar dat was ook een bijzondere ervaring. Nu pas zag je hoe hard de dansers en danseressen werkten...! De blikken die ze uitwisselden tijdens hun show, hoe ze elkaar met subtiele gebaartjes aanmoedigden... Ze waren zo dicht bij ons, dat één van hen per ongeluk tijdens een draai mijn Chablis over Liz gooide...! De kostuums waren adembenemend! Een aantal meisjes was topless, maar het was geen moment vulgair. je realiseert je geen moment: "Tjee... die meiden hebben kralenkettingen aan hun kruis..." Het hoorde er gewoon bij...! En alle dansers waren zo lenig! Natuurlijk werd ook de Can-Can gedaan. Ik had die als finale verwacht, maar het kwam halverwege de show.

Liz had het even Spaans benauwd toen het podium, waar we tegenaan geplakt zaten, opeens een aquarium met boa constrictors en gele slangen bleek te bevatten! Ik was gefascineerd door die beesten, maar kon me haar angst wel voorstellen. Eén van de danseressen zwom door de slangen heen. Het was een mooi gezicht, maar van zo dichtbij kon ik zien dat alle slangen bij de staart (waar begint een slangenstaart eigenlijk?) ingetaped waren. Waarom? Was dat de reden waarom deze dieren zo mak waren...?

Er waren ook circus-achtige acts, waaronder een jongleur, die met 3 batons begon en met 7 eindigde, een clown-achtig paar met een griezelig-magere maar erg charismatische vrouw die minstens zo lenig was als de dansers en ook nog eens een staaltje subtiele pantomime weggaf, en een buikspreker die absoluut hilarisch was en zelfs een klein hondje liet buikspreken.

Het was, ondanks het glas chablis (toch jammer, het kwam uit een fles van 50 euro) een belevenis om nooit meer te vergeten!

vrijdag 6 maart 2009

Vijf dagen in Parijs - 1

We hebben er lang op moeten wachten, maar op 6 maart was het eindelijk zo ver: mijn Engelse vriendin en ik zouden elkaar weer ontmoeten! In Parijs, deze keer...! Ze was eind februari vijftig geworden en wilde dat in stijl vieren. Ik vond een goedkoop vakantie-appartement in Montmartre en zij had flink gespaard voor een avond in de Moulin Rouge, een droomwens van haar. Liz kwam met het vliegtuig naar Parijs, waar ik haar met mijn auto op zou halen. Maandenlang praatten we over niets anders, en nu we weer terug zijn zal het onderwerp voorlopig nog steeds over Parijs blijven gaan!

Vrijdagnacht vertrok ik in de regen. Ten zuiden van de rivieren werd het droog, gelukkig. Onderweg enkele pitstops gemaakt bij tankstations, omdat die parkeerplaatsen direct tegen het station aan hebben, met cameracontrole. Vind ik wel zo veilig.

Het was zo'n 480 km naar vliegveld Charles de Gaulle, en daarna nog 20 km naar het appartement in Montmartre. De tomtom ("Giel") deed zijn best, hoewel die bij Lille wel iets anders deed dan de borden zeiden, maar ik geloof niet dat dat nadelig was. In Frankrijk vond ik een goede radiozender die regelmatig verkeersinformatie gaf, ook in het Engels. Het vroor licht en er werd uitgebreid gestrooid. Bij zonsopkomst was alles wit berijpt. Een mooi gezicht!

 Ik kwam tegen achten aan op CdG en vond zonder mankeren de terminal en parkeergarage. Daarbinnen was het net een labyrinth, maar ik vond wel met gemak een plekje, De terminal is trouwens best slim opgezet: rond gebouwd, bovenop de parkeergarage, dan de arrival, dan de departure en beneden nog iets. Niet zoals op Schiphol, waar je een halve Nijmeegse etappe moet afleggen van vliegtuig naar uitgang...
 Liz was een kwartier te vroeg geland, en dat vonden we helemaal niet erg natuurlijk. Na een bak sterke café noir (iets waar Engelsen niet aan gewend zijn... watjes!) ging de vakantie echt beginnen...!

 Chiel leidde ons zonder problemen naar het appartement. De Périferique was gesneden koek (viel me erg mee, dankzij Chiel) en het was wel druk, maar het was te doen. In Parijs zelf was het een kwestie van oogkleppen voor, doordrukken en voorál niet bang zijn voor je lak. En sch*t hebben aan getoeter. Fransen zijn wat dat betreft zo geschift als wat, ze toeteren ook als er niets aan de hand is.

Het appartement was snel gevonden, en honderd meter verderop was de parkeergarage. Naast het appartement was een klein tankstationnetje en ik vroeg de baas daar of ik even de auto daar mocht plaatsen om de bagage te lozen. Dat was geen probleem. Ik had een briefje met codes voor de deur, en een sleutel voor de brievenbus waarin de sleutels van het huis en de garage lagen. Snel de spullen naar 1 hoog gesjouwd (pas op de laatste dag ontdekte ik een goederenlift... Kreun!) en de auto naar de garage gereden.

 De garage was goed beveiligd, dat was geen probleem. Maar het was een oud, betonnen hol met amper verlichting. Er zaten lichtknopjes, maar dat was wel even zoeken. Ik moet zeggen dat het niet de meest aangename plek van Parijs was... Maar de auto stond er save en daar ging het uiteindelijk om.

 Na het uitpakken van de spullen en uitwisselen van cadeautjes gingen we direct op pad. We hadden zicht op een straatje dat op het eerste gezicht amper wat voorstelde, maar het was wel een belangrijke straat die rechtstreeks naar het hart van Montmartre leidde! Ik had berekend dat de Sacre Coeur zo'n kilometer verderop lag en we kwamen direct langs de Montmartre-begraafplaats, waar ook enkele vips begraven lagen.

 Die begraafplaats was bruut doormidden gesneden door een verkeersweg. Sommige graven lagen gewoon onder het viaduct... Verder was het kerkhof bekend vanwege de kerkhofkatten. De grafmonumenten varieerden van sober tot extreme kitsch, maar veel grafmonumenten, vaak huisjes van toiletformaat, waren vervallen. Sommigen waren leeg. Verder waren er veel kunststof bloemen. Zangeres Dalida had een flink versierd graf, er waren bloemen en glitterdingen, en op het graf zelf stond haar beeld.


Na de begraafplaats gingen we verder heuvel-op, maar de inwendige mensch begon wakker te worden en we vonden op de grens van de Rue Joseph de Maistre en de Rue des Abbaies een piepklein Tibetaans restaurant met lunchkaart. Daar aten we soep, kipcurry en fruit. Liz had me al gewaarschuwd, en ze had gelijk: Franse appels zijn niet te pruimen... Gelukkig was de rest van het verse fruit goed in orde! Daarna hebben we de namen van onze dierbaren geschreven op de Muur van de Liefde op de Place des Abbaies.

Voor het laatste stukje naar de Sacre Coeur namen we de lift (met een metrokaartje). Gelukkig werden we niet lastig gevallen door irritante armbandjesverkopers, maar qua opdringerigheid zouden we later nog onze portie krijgen. Het was erg druk in en om de basiliek. Er was een dienst bezig en er werd dringend verzocht niet te fotograferen. Wat ik erg mooi vond waren de mozaïeken, waaronder een enorm exemplaar in het koor, maar het grote zilveren "Heilig Hart"-beeld was zelfs voor mij teveel bling.

 Na de Sacre Coeur is het nog maar een klein stukje naar de Place du Tertre, waar de portrettekenaars al in rijen stonden opgesteld om toeristen te strikken. Sommigen waren erg opdringerig en vervelend, maar wie daar niet tegen kan moet niet naar Parijs gaan. We hebben er rondgelopen, alle schilderijen bekeken en genoten van het mooie (maar frisse) weer. Er zaten werkelijk leuke dingen bij (favoriet bij mij het het zwartwitte schilderij met dikke verflagen, wat ik vorig jaar al gefotografeerd had: niet verkocht, of massaproduct?) maar de prijzen waren echt astronomisch. Wat echt heel leuk was, was het kleine vrouwtje met orgeltje en een geweldige Edith Piaf-stem!

In ons appartementje heb ik een snelle maaltijd gemaakt van spinazie, rösti en (op Liz' verzoek) frikadellen, die ik in een koeltas had meegenomen. We relaxten met een wijntje en gingen vroeg naar bed.

zondag 1 maart 2009

Gejaagd door de wind

Eén van de zenders waar ik af en toe graag naar kijk als ik de tijd kan vinden, is TCM, het filmkanaal dat regelmatig oude films uitzendt. Nee, geen Rambo, ET of The Terminator. Wel oude klassiekers van vóór mijn tijd.

Afgelopen week zag ik voor het eerst in jaren Gone With The Wind weer, de legendarische verfilming van het boek van Margaret Mitchell. Ik had de film al verschillende keren gezien, maar opnieuw was ik van begin tot eind geboeid.
 De film duurt bijna vier uur, maar gaat toch met zevenmijlslaarzen door het boek heen. Begrijpelijk, want net als bij Lord Of The Rings is het boek zo dik, dat er geknipt moest worden. Zo wordt er in de film bijvoorbeeld weinig tot niets verteld over de eerste huwelijken van Scarlett, en de kinderen uit die eerste huwelijken heeft, bestaan niet eens in de film.
Ik heb ooit gehoord dat het boek bij elke Amerikaanse vrouw in de boekenkast staat, maar slechts door weinigen is uitgelezen. Net als De Ontdekking Van De Hemel bij ons. Ik moet bekennen dat ik beide boeken destijds wel tot het eind heb gelezen, maar ik kwam weer niet door De Gelukkige Huisvrouw heen...! Ik was als puber erg onder de indruk van het boek, en nu ik ouder ben ontdek ik steeds nieuwe aspecten, achtergronden en karaktertrekjes. Het boek gaat echt dieper dan een (lijvig) damesromannetje, waarmee het vaak wordt vergeleken.
 Margaret Mitchell is tien jaar bezig geweest met het boek. Ze slaagt er uitstekend in ons aan de kant van Scarlett te krijgen, ook al manipuleert ze verschrikkelijk en gaat ze heel ver om haar zin te krijgen. Diezelfde koppigheid zorgt er wel voor dat Scarlett er na de oorlog weer bovenop komt. Ook de strijd in Atlanta wordt bijzonder beeldend beschreven.
Deze Amerikaanse Burgeroorlog heeft door diverse films en series (North And South) meer bekendheid gekregen, maar veel Europeanen weten er niet echt het fijne van. De Zuiderlingen waren in onze ogen de slechten, want die hadden "negerslaven" en anno 2009 is dat natuurlijk überfout. De vrijheid van de Afro-Amerikanen (Emancipation) was absoluut noodzakelijk, maar deze Afro-Amerikaanse slaven waren wel de kurk waar de emancipatie van het zuiden op dreef! De slavernij was dan ook één van de lonten in het kruitvat (maar niet de directe aanleiding van de oorlog).
 De oorlog begon nadat Lincoln in 1860 tot president was verkozen. Vervolgens scheidden de zuidelijke staten zich af en vormden de Geconfedereerde Staten Van Amerika. Ook kozen zij een eigen president. Enkele maanden later, in het voorjaar van 1861, riep Lincoln op de banden van de Unie weer te herstellen, maar de Confederatie weigerde. Lincoln besloot in te grijpen, omdat hij de Unie wilde behouden.
 De Noorderlingen dachten dat ze de Zuiderlingen in korte tijd verslagen zouden hebben, maar dat viel tegen. Vervolgens werden de Zuidelijke aanvoerroutes geblokkeerd, maar het duurde nog tot 1865 tot de overgave van de legendarische Zuidelijke generaal Robert E. Lee.
 Na de oorlog wilde het Noorden helpen met de wederopbouw. Lincoln was vlak voor het einde van de oorlog vermoord, maar zijn opvolger Johnson zette zich ook in voor herstel van de verscheurde Unie. Tevergeefs, want de Zuiderlingen zagen de Noorderlingen, die hen kwamen helpen, als indringers ("Carpetbaggers") en wantrouwden hen sterk.

Tegen deze achtergrond speelt Gejaagd Door De Wind zich af. Het verhaal begint vlak voor de oorlog. De jonge Scarlett, die is opgegroeid op een welvarende plantage, is geliefd bij alle jongemannen in de omgeving. Ze vechten om haar hand, maar zij houdt maar van één man: Ashley, die niet steeds praat over oorlog en Yankees verslaan. Helaas voor haar is Ashley net verloofd met zijn nicht Melanie, een vrouw waar Scarlett niet veel mee heeft. Als Scarlett haar woede afreageert over de verloving, ontmoet ze Rhett Butler, een man met een slechte reputatie (behalve als het goed met hem gaat, dan wil iedereen haar kennen!).

Het verhaal is bekend. Scarlett, het verwende, manipulerende meisje leert dat niet elke situatie naar haar hand te zetten is. Ze leert wat armoede is, maar dankzij haar manipulatie weet ze zich omhoog te werken. Dit gebeurt wel ten koste van anderen, en ze heeft heel wat vijanden, vooral onder de vrouwen die haar door hebben.
 Uiteindelijk verliest ze bijna alles wat ze heeft, zelfs manipuleren helpt niet meer. Ze besluit terug te keren naar haar geboortegrond, zodat ze kan nadenken, want ze denkt dat haar laatste echtgenoot (Rhett) vast wel weer bij haar terug zal komen.
Margaret Mitchell heeft nooit een vervolg geschreven. Ze stierf in 1949 na een auto-ongeluk. In 1991 schreef Alexandra Ripley een vervolg: Scarlett. Het leek veel meer op een damesroman en miste de vele facetten van Gone With The Wind. Wel werd het verfilmd. In 2007 verscheen een boek dat geschreven is vanuit het perspectief van Rhett Butler (Rhett Butler's People - Donald McCaig).
 Vanwege copyrightproblemen zijn andere uitgaven verboden, o.a. Alice Randall's The Wind Done Gone (vanuit het perspectief van de slaven) en The Winds Of Tara van Katherine Pinonni (wel uitgegeven in Australië).
De film, die niet lang na het verschijnen van het boek uitkwam, is een hele zit, maar het is de moeite waard. Helaas is Vivian Leigh af en toe gedateerd-overdreven in haar rol van Scarlett O'Hara, maar het past ook wel bij het karakter, en de manier waarop zij de aan lager wal geraakte Scarlett neerzette, is indrukwekkend. Olivia de Havilland's uitvoering van Melanie is tijdloos mooi. Clark Gable als Rhett Butler staat als een huis.
 Maar de show werd absoluut gestolen door Mammy (Hattie McDaniel), de "huisslavin" van Scarlett. Zelfs in een verhaal dat werd geschreven in de tijd dat Afro-Amerikanen nog officieel negers werden genoemd en er nog legaal rascisme bestond, werd Mammy maar zelden een karikatuur van "de negerslaaf". Ze won er zelfs een Oscar mee! Dit tot verontwaardiging van een aantal mensen uit het zuiden; Mammy was in de film veel te amicaal tegen Scarlett...!
 De jonge slavin Prissy werd in het boek wel neergezet als het prototype domme negerslaaf, iets wat door actrice Butterfly McQueen overigens prachtig werd geacteerd.

Hoewel zowel film als boek duidelijke trekjes uit keukenmeidenromannetjes hebben, boeit het me inmiddels alweer zo'n dertig jaar. En telkens opnieuw zie ik nieuwe aspecten in de karakters, vallen me nieuwe dingen op. De film heb ik deze week voor het eerst in zeker tien jaar weer gezien. Als ik even tijd heb zal ik het boek binnenkort ook weer uit de kast trekken!