zaterdag 4 juli 2015

"Nergens heter dan in Warnsveld"

http://www.ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/4094616/2015/07/04/Nergens-heter-dan-in-Zeeuwse-Warnsveld.dhtml

Het is de week van de sneuvelende warmterecords. Maar het record van heetste dag ooit in Nederland blijft tot dusverre fier overeind, al verwachten meteorologen vandaag bloedhitte. Landinwaarts wordt het met gemak 36 graden.
Hitte van 1944: op Walcheren is de Zeeuwse aarde opengebarsten © Spaarnestad/J.J.M.De Jong.
 
Je hebt nooit 100 procent zekerheid bij een meting van een weerstation
Jan Rozema
Ton van Lieshout (70) houdt de thermometers nauwgezet in de gaten. ,,Maastricht had donderdag 38,4 graden. Net niet genoeg. Wij houden het record in Warnsveld.''

Een record dat op 23 augustus 1944 wordt gevestigd in de tuin van huisarts Jan Thate. Als kind speelt Van Lieshout vaak in de bossen ernaast. ,,Dan zag ik dat weerhuisje staan. Toen interesseerde het me weinig. Inmiddels wel. Iedereen heeft het erover.''

Het weerhuisje bestaat niet meer. Maar op tal van zwart-witfoto's is het wit geschilderde houten kastje te zien. Het staat op wit geschilderde houten palen. Thate heeft elke dag een trapje nodig om de instrumenten af te lezen. Aan de rand van zijn grote vijver noteert de dokter op die loeihete augustusdag in het voorlaatste oorlogsjaar de hoogste temperatuur ooit in Nederland gemeten: 38,6 graden.

Zuchten
Qua weer stelt de zomer van 1944 aanvankelijk niet veel voor. Een depressie bij Groot-Brittannië leidt ertoe dat de geallieerde invasie in Normandië moet worden uitgesteld. Ook na D-Day is het koel, wisselvallig en grijs. Tot augustus. Dan zucht Nederland onder de hitte. Op veel plaatsen valt bijna vier weken lang geen druppel regen. De temperatuur stijgt in de tuin van dokter Thate tot recordhoogte.

Maar in 2006 trok het weerbedijf MeteoConsult de betrouwbaarheid van de meting in twijfel. Het weerstation zou op de verkeerde plek hebben gestaan. Bovendien betrof het een meting in oorlogstijd. Amateurmeteorologen moesten de Duitse bezetter beloven geen gegevens over het weer en het klimaat vrij te geven. Waarnemingsboekjes werden tot na de oorlog bewaard achter slot en grendel.

De nabestaanden van Thate waren woest. De arts was weliswaar een hobbyist, maar het KNMI had zijn weerhuisje en instrumenten in orde bevonden. MeteoConsult bood verontschuldigingen aan.

Inmiddels maakt het KNMI uitsluitend nog gebruik van eigen weerstations. ,,We hebben er op land 33,'' zegt Jan Rozema, hoofd observaties. ,,Ze zijn bijvoorbeeld te vinden op vliegvelden en aan de monding van de grote havens.''

De overige stations staan soms in plaatsen waar veel mensen nog nooit van hebben gehoord: Arcen, Ell, Hupsel. ,,We kijken naar de ideale geografische spreiding,'' verduidelijkt Rozema. ,,Alle weerstations staan op een veldje van 10 bij 15 meter en meten hetzelfde. Luchtdruk, luchtvochtigheid, temperatuur, wind. Dat gebeurt automatisch, met geijkte instrumenten. Alleen op Schiphol doen ook meteorologen metingen."

Logisch
De Wereld Meteorologische Organisatie, een onderdeel van de Verenigde Naties, heeft internationale regels opgesteld voor weerstations. ,,Dat maakt het gemakkelijker om gegevens te vergelijken,'' zegt Rozema. ,,De eisen zijn vaak logisch. Je zet een weerstation niet naast een flat, maar in het open veld. Al heb je nooit tot 100 procent zekerheid bij een meting. Als een boer net zijn naastgelegen akker gaat beregenen, kan dat de uitslag beïnvloeden.''

Tot 1950 gebruikte het KNMI in De Bilt een vergelijkbaar weerhuisje als Thate had. De meting bleek soms wel 2 graden hoger uit te vallen dan de daadwerkelijke temperatuur. Met de wijsheid van nu zouden sommige van de hittegolven uit de jaren veertig wellicht niet meer in de boeken komen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten